Ik heb het als eerste bij mijn vader gezien: perfectionisme. Op de zolder van het bijgebouw had hij een verzameling uitgesorteerde schroefjes en boutjes die hij na elke sloop van een schuurtje verder aanvulde. Ze lagen keurig per grootte en dikte bij elkaar in metalen doosjes. Ook met zijn paarden was hij heel precies. Voor hij ze inspande voor het rijtuig werden ze geborsteld en poetste mijn moeder het koper van het paardentuig.
Elke zaterdag moesten wij de onverharde oprit naast het huis harken zodat het er weer netjes uitzag voor de kerkgangers op zondag. Ongemerkt werd perfectionisme zo ook deel van mijn leven. Ik houd ook van ordelijkheid. Mijn praktijkruimte is opgeruimd, de fleecedekentjes liggen op een vaste plek en achtergrondinformatie kan ik zo terugvinden in op onderwerp gesorteerde mappen. Het geeft me rust en een basis waar ik op kan terugvallen. In perfectionisme zit voor mij ook een streven naar harmonie en schoonheid zoals ik dat herken in kunst.

Maar wat nu als de drang naar perfectie je overneemt en je het niet meer los kunt laten? Je jezelf steeds maar wilt verbeteren en het nooit goed genoeg is? Dan is perfectie een vijand geworden, een sluipmoordenaar die jou onderuithaalt waardoor je het contact met jezelf verliest.
Een paar jaar geleden liet ik een nieuwe website maken voor mijn praktijk. Ik zou zelf voor de teksten zorgen. Het heeft maanden geduurd voordat ik iets op papier kreeg; ik wist niet waar ik moest beginnen en vond wat ik geschreven had niet goed genoeg. Tot ik door had dat ik van mezelf eiste dat het meteen perfect moest zijn, waardoor ik het contact met mezelf en mijn creativiteit verloor. Ik ontspande, ik kon met een glimlach kijken naar mijn sparteling en had er voor het eerst geen kritiek op. Mijn partner moedigde me aan: ‘Begin maar gewoon, dan komt het van zelf’. En daar verschenen de eerste zinnen op papier.

Een levenshouding vanuit mededogen kan een sleutel zijn voor het omgaan met ‘doorgeslagen’ perfectie en je uit een impasse halen. Mededogen of compassie wordt omschreven als een innerlijke houding waarbij er aandacht en liefde is voor het lijden van jezelf en je medemens. Voor mij betekent het ook dat ik de intentie heb om vanuit mijn hart in contact te zijn, niet te oordelen en volledig te accepteren wat er is.
Dan kijk je ook met een milde blik naar je perfectionisme, je ziet hoe je omgaat met uitdagingen en veroordeelt jezelf niet. Daardoor kan er iets in je gaan ontspannen waardoor je weer toegang krijgt tot je bron. Als je jezelf deze ruimte kunt geven, is het ook gemakkelijker om de ander te zien zoals hij of zij is. Het vergroot je invoelend vermogen waardoor je minder snel gaat afwijzen of veroordelen. Als mijn partner weer eens iets kwijt is, kan ik reageren met irritatie dat zijn spullen geen vaste plek hebben, óf hem accepteren zoals hij is en zo nodig helpen zoeken.
Met mededogen omgaan met jezelf helpt je ook om je lichaam te ontkrampen. Door je innerlijke houding te versoepelen, laat je lichaam spierspanningen los die nodig waren om de eisen die je aan jezelf stelde waar te maken. Mildheid naar jezelf heeft op deze manier ook een helende uitwerking. Dus knijp wat vaker een oogje dicht naar jezelf en laat de teugels vieren zodat je vrijuit door het leven kan galopperen.